Train trust instead of muscles!

‘Papa, ik wil óók in die boom klimmen!’

‘Nou, dan doe je dat toch?’

‘Maar Peter, daar is ze nog veel te klein voor!’

Vader en dochter staan al bij de boom. Via zijn knie stapt het meisje op de laagste tak. Ze trekt zich omhoog. Haar vader staat er rustig bij. Als een tak net buiten haar bereik is, geeft hij haar een zetje. Ze draait zich om en roept: ‘Kijk eens mam, hoe groot ik ben!’

Zonder het te weten geeft deze vader een prachtig voorbeeld van compassionate coaching.  

Wat is compassionate coaching?

Compassionate coaching is het tegenovergestelde van doelgericht coachen. De focus ligt op het plezier in bewegen, niet op de trainingsresultaten.  

Het meisje wil de boom in, haar vader schept de voorwaarden. Ze hoeft niet bang te zijn om te vallen of te falen, want ze weet: papa vangt me op. Het is de ideale setting om iets nieuws te leren. Dat blijkt wel, want ze kan veel méér dan haar moeder had verwacht.

Wat doet haar vader dan precies?

Hij doet zo min mogelijk. Kort samengevat komt het hierop neer:

  • Hij bewaakt haar veiligheid: ze kan niet vallen
  • Hij geeft haar vrijheid: ze kiest haar eigen weg omhoog
  • Hij stimuleert haar opmerkzaamheid: ‘Voel je dat de tak sterk genoeg is?’

De vader heeft niet eens in de gaten dat hij zijn dochter aan het coachen is. Hij laat haar lekker spelen. Maar spelen is de beste manier van leren – en een compassionate coach wéét dat.  

Mijn cliënten komen niet om te spelen hoor. Ze hebben een duidelijk doel voor ogen

Dat snap ik. Joost revalideert bij jou omdat hij weer wil voetballen. Mevrouw Jansen oefent omdat ze zelfstandig wil blijven wonen. En Ans volgt je pilateslessen omdat ze een platte buik wil. Maar wat gebeurt er met hun motivatie als ze hun doelen niet halen?

In eerste instantie gaan ze harder werken. Maar als de resultaten blijven tegenvallen, is de kans groot dat ze hun gedrevenheid verliezen. Ze komen te laat, ze missen af en toe een training, ze kletsen tijdens de les. Uiteindelijk geven ze het helemáál op.

Waarom? Omdat ze aan zichzelf twijfelen. Ze stoppen liever dan dat ze geconfronteerd worden met hun tekortkomingen. De angst om te falen ondermijnt de wens om te presteren.

En jij denkt dat je met compassionate coaching mensen wél in beweging houdt?

Ik geloof dat we ons vergissen in de manier waarop we patiënten en sporters benaderen. We zijn gewend geraakt aan de doelgerichte aanpak, en we denken dat we mensen helpen met opmerkingen zoals: ‘Goed bezig. Hou vol. Als je zo doorgaat, kun je over een half jaar weer voetballen.’ Maar we vergeten dat bewegen in onze natuur zit. Mensen hebben geen stok achter de deur nodig om in beweging te komen: als ze merken hoe fijn het is, komen ze vanzelf van de bank af. Je hebt toch ook geen stimulans nodig om Netflix aan te zetten?

Is het moeilijk om vriendelijk te coachen?

Het is lastig om de ander fouten te laten maken, want je wil zo graag helpen. Als je ziet dat Astrid in haar rug hangt tijdens het planken, heb je haar al gecorrigeerd voordat je er erg in hebt. Je hebt haar de kans ontnomen om het zelf op te lossen. Als compassionate coach moet je de neiging om meteen in te grijpen onderdrukken. Gelukkig hoef je niet met je armen over elkaar te staan, er zijn genoeg andere manieren om Astrid te ondersteunen. Daarover lees je meer in de volgende blogs.

Kortom

Wees geen overbezorgde moeder die haar kind afremt en controleert. Wees zoals de vader van het meisje: op de achtergrond aanwezig, maar ter plekke als het nodig is. Leer je patiënt of sporter om het zélf te doen.  

En nu?

Nu ga je dit uitproberen met je eerstvolgende cliënt. Kijk toe terwijl hij oefent. Je zult zien dat hij méér kan dan jij denkt.


Wil je geen blog missen? Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief, dan krijg je hem in je mailbox.

<